35.000 jaar oud ritueel ontdekt op acht verdiepingen diepte in Israël

Onderzoekers van Case Western Reserve University vonden diep in een Israëlische grot sporen van een mogelijk 35.000 jaar oud ritueel. Lees over hun unieke vondst, het belang van tandheelkunde in archeologie en wat deze ontdekking betekent voor onze kennis van prehistorische samenlevingen.

Verspreid de liefde

Onderzoekers van Case Western Reserve University stuiten op mysterieuze rituele sporen diep onder de grond

Bij archeologen hoor je het nog wel eens: als een vondst echt niet te plaatsen is, valt al snel het woord ‘ritueel’. In dit geval is er echter alle reden om daar serieus over na te denken. Want stel je voor: een enorme steen, 35.000 jaar oud, fraai bewerkt zodat het op een schildpadschild lijkt, acht verdiepingen diep in een Israëlische grot. Wat moet je daarmee, behalve er iets bijzonders van maken?

Helemaal duidelijk is het natuurlijk niet wát er gevierd werd — van een overgangsritueel tot huwelijk, begrafenis of, wie weet, een ode aan een schilpadgod. Elk ritueel zegt iets anders over wie er destijds leefde. Maar vaststaat wel dat deze vondst misschien de oudste rituele sporen uit Zuidwest-Azië zijn. En dat in een gebied dat gezien wordt als de wieg van de beschaving! Het onderzoek verscheen begin dit jaar in de Proceedings of the National Academy of Sciences en kwam tot stand dankzij een internationaal team, geleid door tandheelkundigen van de Case Western Reserve University.

De ontdekking vond plaats in de Manot-grot, waar in 2015 al overblijfselen gevonden werden van iemand die zowel Neanderthal- als moderne mensenkenmerken bezit. Vermoedelijk ontstaan uit een ontmoeting van beide soorten, zo’n 55.000 jaar geleden. Nu speelt een team van tandheelkundigen de hoofdrol: hun decaan Jerold Goldberg maakte zich er hard voor dat de breedte van hun vak duidelijk werd: tandartsen kunnen meer dan alleen kiezen boren.

“Mensen verwachten niet dat een tandheelkundige faculteit aan archeologisch onderzoek meedoet,” aldus Mark Hans, hoofd orthodontie. “Maar tandmateriaal blijft extreem goed bewaard, nog beter dan botten. Er is zelfs een heel vakgebied: dentale antropologie. Nederlandse onderzoekers benutten deze kennis ook in bijvoorbeeld het onderzoek naar de jagers en verzamelaars bij Maastricht.” Dankzij Goldberg kon de faculteit wel 200.000 dollar investeren in onderzoek, wat jaarlijks zo’n 10 tot 20 studenten de kans gaf veldwerk te doen in Manot.

Een bijzonder detail uit het onderzoek: in de stalagmieten rond de steen werden asdeeltjes aangetroffen. Dat wijst op intensief gebruik van fakkels, ver van de plekken waar mensen normaal leefden. Zulke plekken — diep in grotten, weg van het alledaagse — zijn wereldwijd vaak gekoppeld aan rituelen of bijzondere ceremonies. Ook de uitstekende akoestiek van deze ruimte viel de onderzoekers op; een detail dat je tegenwoordig zelfs terugziet in unieke locaties als de Philharmonie in Haarlem of de groeven bij Valkenburg.

Zekerheid over het doel van het voorwerp hebben we natuurlijk niet. Was het gewoon een stukje vrije expressie van een verlegen kunstenaar? Iemand met droge humor die zijn tijd ver vooruit was? Of toch: een ritueel attribuut van eeuwenoude betekenis? Het antwoord zullen we vermoedelijk nooit weten. Maar dankzij die ‘rituele’ verklaring houden we in elk geval alle opties open.

Let op — Wat weten we écht?

  • De steen lijkt op een schildpad, maar zeker is dat niet. Het fragment is incompleet, maar wat vaststaat: hij is bewust bewerkt, lastig te verplaatsen, en lag op een opvallende plek diep in de grot.

Bronnen

  • “Early human collective practices and symbolism in the Early Upper Paleolithic of Southwest Asia.” Proceedings of the National Academy of Sciences, Case Western Reserve University, 9 dec. 2024.