Onzichtbare moordenaar: fossiele brandstoffen leiden wereldwijd tot meer dan acht miljoen sterfgevallen per jaar

Meer dan acht miljoen mensen sterven jaarlijks door luchtvervuiling uit fossiele brandstoffen. Recente cijfers tonen aan dat het probleem nog ernstiger is dan gedacht. Snelle overstap op schone energiebronnen is dringend nodig.

Verspreid de liefde

Meer dan acht miljoen doden per jaar wereldwijd – dat is het schokkende gevolg van luchtvervuiling veroorzaakt door het gebruik van fossiele brandstoffen. Nieuwe onderzoeksdata uit 2025 laten zien dat de situatie ernstiger is dan onderzoekers tot voor kort dachten. Maar er gloort hoop: een snellere overstap op emissievrije energiebronnen zou de trend kunnen keren.

Smog boven Amsterdam – een herkenbaar beeld bij windstille dagen in de Randstad. Foto: Markéta Machová / Pixabay

Elk vijfde overlijden gekoppeld aan luchtvervuiling

Uit recente wetenschappelijke studies blijkt dat luchtvervuiling bijdraagt aan één op de vijf sterfgevallen wereldwijd. Logisch genoeg worden landen die sterk leunen op fossiele brandstoffen het hardst getroffen. In Nederland en andere West-Europese landen is luchtvervuiling verantwoordelijk voor naar schatting één op de tien overlijdens, maar in delen van Azië – waar onder meer China behoort tot de grootste verbruikers van steenkool – ligt dat aandeel nog veel hoger: tot een derde van alle sterfgevallen houdt hier verband met vervuilde lucht door fossiele brandstoffen.

Het onderzoek, uitgevoerd door vooraanstaande universiteiten als Harvard, benadrukt dat fossiele brandstoffen wereldwijd een belangrijke veroorzaker zijn van ziektes en voortijdige sterfte. Het aantal slachtoffers ligt zelfs hoger dan het totaal van mensen die jaarlijks overlijden aan roken of malaria.

Zonder fossiele brandstoffen leven we langer

Binnen de academische wereld is men het er inmiddels over eens: minder fossiele brandstoffen betekent een directere verbetering in de volksgezondheid. Als de uitstoot uit fossiele bronnen wereldwijd volledig zou stoppen, zou de gemiddelde levensverwachting naar schatting met meer dan een jaar stijgen.

Het grote probleem zijn de microscopisch kleine deeltjes – PM10 en vooral PM2.5 – die vrijkomen bij het verbranden van kolen, olie en gas. Deze deeltjes zijn zo klein dat ze dicht langs de menselijke haar kunnen worden gelegd – tot 30 keer dunner – en gemakkelijk het lichaam binnendringen. Ze bereiken niet alleen onze longen, maar kunnen zelfs in de bloedbaan terechtkomen. Hierdoor nemen het risico op hart- en vaatziekten, kanker en longziekten aanzienlijk toe.

Gelukkig is er ook vooruitgang. In Nederland – en bijvoorbeeld Scandinavische landen als Denemarken en Zweden – verbeteren de cijfers dankzij forse investeringen in windparken, zonne-energie en schonere vervoersmiddelen. Maar in landen als China en India blijft de concentratie van fijnstof onverminderd hoog en verbetering laat daar op zich wachten.

Europa boekt vooruitgang, maar het gevaar is nog niet geweken

De luchtkwaliteit in West-Europa verbetert, maar de ‘stille moordenaar’ eist toch nog steeds meer dan 400.000 levens per jaar op het continent, zo blijkt uit cijfers van het Europees Milieuagentschap. In zuidoostelijke lidstaten, zoals Bulgarije, Polen, Italië en Roemenië, worden de EU-normen voor fijnstof nog regelmatig overschreden.

Ook in Nederland zijn er knelpunten. In grote steden zoals Rotterdam en Eindhoven worden grenswaarden voor PM2.5 bij drukke wegen of binnen haventerreinen tijdens windstille periodes af en toe overschreden. De discussie over het versnellen van de energietransitie en schoner vervoer – en de rol van lokale bedrijven als Eneco en NS – is daardoor actueler dan ooit.

Wat kunt u zelf doen?

  • Kies zo veel mogelijk voor duurzame mobiliteit (fiets, OV, elektrische auto);
  • Ondersteun lokale initiatieven voor groene stroom en energiebesparing;
  • Let op de luchtkwaliteitsindex van uw gemeente, vooral als u tot een risicogroep behoort;
  • Pleit bij politiek en bedrijfsleven voor versnelling van de energietransitie.

De conclusie is duidelijk: de overstap naar een schone energievoorziening is niet alleen nodig voor het klimaat, maar vooral voor onze gezondheid en die van onze (klein)kinderen. De cijfers zijn confronterend, maar geven ook aanleiding tot hoop – als we nu handelen.