Herstel van veengebieden kan broeikasgasemissies fors verminderen, stellen wetenschappers

Volgens actuele wetenschappelijke inzichten in 2025 kan het herstel van door landbouw aangetaste veengebieden in Nederland zorgen voor een grote reductie van broeikasgasemissies. Vooral door simpelweg de waterstand te verhogen, zijn klimaatwinsten te behalen.

Verspreid de liefde

Stelt u zich een klimaatvriendelijk Nederland voor met gezonde, spaarzame veengebieden—dat is niet alleen een mooi ideaal, maar volgens wetenschappers in 2025 ook bijzonder effectief. Onderzoek toont aan dat het herstellen van aangetaste veengebieden – vaak nu gebruikt voor landbouw – één van de krachtigste manieren is om broeikasgasemissies te verminderen.

Hoewel veengebieden wereldwijd slechts ongeveer drie procent van het landoppervlak beslaan, slaan ze net zoveel koolstof op als alle andere planten op het vasteland samen. In Nederland is deze balans echter verstoord. Door afwatering en intensief gebruik voor landbouw, onder andere in gebieden als het Groene Hart en de regio rond Friesland, ontsnapt er jaarlijks miljoenen tonnen CO₂ in de atmosfeer. Toch is het goede nieuws: effectief herstel kost soms verrassend weinig.

Waarom het mis ging – en herstel zo belangrijk is

Jaarlijks stoten ontwaterde veengebieden wereldwijd ongeveer 1,5 miljard ton CO₂ uit – dat is gelijk aan drie procent van alle menselijke broeikasgasemissies. In hun natuurlijke staat zouden veengebieden juist duizenden jaren lang koolstof opslaan, in plaats van het de lucht in te pompen.

Onderzoekers van onder andere Wageningen University & Research en het Britse Centre for Ecology & Hydrology tonen aan dat door simpelweg de waterstand in veengebieden te verhogen, de uitstoot stopt én het veen weer werkt als koolstofreservoir. Dit staat te lezen in toonaangevende publicaties zoals Nature van dit jaar.

Toch is het, eerlijk gezegd, niet altijd praktisch mogelijk om veengebieden volledig terug te brengen naar hun oorspronkelijke staat. Veel van onze veengebieden – vooral in Noord- en Zuid-Holland, en delen van Overijssel – zijn belangrijk agrarisch gebied. Honderdduizenden Nederlanders verdienen hun boterham met veeteelt of bloembollen op deze veengronden. Terug naar alleen moeras? Dat is voor veel gemeenschappen niet haalbaar.

Wat levert veenherstel concreet op?

Wetenschappers analyseerden het effect van herstel van de helft van alle veenweidegronden wereldwijd – circa 250.000 km². Zelfs deze gedeeltelijke aanpak zou helpen bij het opvangen van grote hoeveelheden koolstof en het tegengaan van klimaatverandering.

De resultaten: alleen al het herstel van (een deel van) de veengebieden kan jaarlijks 500 miljoen ton CO₂-uitstoot besparen. Dat is ongeveer één procent van de totale wereldwijde uitstoot afkomstig van menselijke activiteiten. Interessant feit: Europa, met Nederland als niet mis te verstaan veenland, en Zuidoost-Azië zijn wereldwijd de grootste uitstoters van broeikasgassen uit veengronden.

Hoe kunnen we in Nederland het verschil maken?

  • Waterstanden verhogen: Door slootpeilen aan te passen, bijvoorbeeld met pompen of stuwtjes, kan het veen weer natter worden en stopt de afbraak.
  • Innovatieve landbouw: ‘Natte teelten’ zoals lisdodde, cranberry’s of riet zijn aantrekkelijk voor boeren én het milieu.
  • Samenwerking: Gemeenten als De Ronde Venen en innovatieve veehouders laten zien dat slim omschakelen écht mogelijk is, vaak gesteund door subsidietrajecten vanuit de provincie.

Veengebieden herstellen vraagt moed, flexibiliteit en vooral samenwerking. Maar juist door de Nederlandse ervaring met waterbeheer hebben we hier een unieke voorsprong. Wilt u bijdragen? Kijk dan eens naar lokale projecten of steun organisaties als het Natuurmonumenten of het Veenequivalent Partnership.

Eén ding is duidelijk: goed beheer én herstel van onze veenlanden is in 2025 niet alleen een ecologische noodzaak, maar dé kans voor een duurzamer, toekomstbestendig Nederland.