De Japanse premier heeft eind 2024 een ambitieus plan aangekondigd: Japan streeft naar volledige klimaatneutraliteit tegen 2050. Dat zou inhouden dat het land al tien jaar vóór China wil stoppen met het verbranden van steenkool en andere fossiele brandstoffen. Maar given de huidige afhankelijkheid van steenkool rijzen er, zeker onder experts, nu al de nodige vragen over de haalbaarheid.
Premier Yoshihide Suga tijdens de aankondiging
Na zijn aantreden in september 2024, als opvolger van Shinzo Abe, heeft premier Yoshihide Suga zijn stempel gezet door de klimaatagenda meteen een prioriteit te maken. Met deze stap wil Japan zich aansluiten bij de koplopers zoals Europa en het VK, waar soortgelijke doelstellingen al de standaard zijn. Opvallend: de nieuwe deadline valt tien jaar vroeger dan die van buurland China, dat pas in 2060 CO₂-neutraal wil zijn.
Japan en steenkool: oude gewoontes zijn hardnekkig
Toch vraagt men zich terecht af: Hoe gaat Japan werkelijk de uitstoot omlaag krijgen? Ondanks mooie woorden blijft Japan namelijk één van de grootste importeurs van steenkool ter wereld. Als je kijkt naar de plannen voor nieuwe kolencentrales, zie je niet direct een grote trendbreuk. En dus blijft Japan voorlopig, samen met landen als Zuid-Korea, een Aziatische grootgebruiker van fossiele energie.
Volgens premier Suga draait de oplossing vooral om innovatie. Nieuwe technologie, de uitrol van hernieuwbare energie, en een heroverweging van kernenergie moeten het tij keren. Windenergie op zee, meer zonneparken, én misschien zelfs een handreiking naar waterstofprojecten – allemaal staan ze tegenwoordig nadrukkelijk op de politieke agenda in Tokio.
Kernenergie: dilemma na Fukushima nog steeds voelbaar
Suga benadrukt dat veiligheid de hoogste prioriteit krijgt als het om kernenergie gaat. De ramp in Fukushima in 2011 hangt immers nog altijd als een schaduw boven elke discussie. Niet alleen Japan, ook landen als Duitsland hebben toen hun koers fundamenteel gewijzigd en atoomstroom afgebouwd. De boodschap: lessen uit het verleden mogen niet vergeten worden.
Na Fukushima nam het wantrouwen tegen kerncentrales toe, waardoor Japan vaker terugviel op steenkool en andere “betrouwbare” bronnen. Gevolg: de CO₂-uitstoot is daardoor toegenomen. Critici wijzen erop dat een duurzame omslag zonder kernenergie lastig wordt, maar tegelijk willen weinig Japanners een herhaling van het verleden riskeren.
Hoe realistisch is de overstap?
- Beleid en subsidies: Komt er echt een koerswijziging bij grote spelers als JERA of TEPCO? Interessant om te blijven volgen.
- Regionale energieprojecten: Zo investeren steden als Yokohama en Osaka in slimme netwerken en groene waterstof.
- Samenwerking met Europa: Internationale partnerschappen groeien. Ook Nederlandse bedrijven, denk aan Shell en Eneco, kijken met belangstelling toe.
De komende jaren zullen bepalend zijn: kan Japan deze ambitieuze doelstelling waarmaken, of blijft het een papieren belofte? Eén ding staat vast: het gesprek over klimaatneutraliteit is niet langer enkel voorbehouden aan Europa. Juist in regio’s als Oost-Azië wordt duidelijk – de wereldwijde energietransitie is nu écht begonnen.