Op IJsland draait nu ’s werelds grootste CO2-stofzuiger: dit betekent het voor het klimaat

Het Zwitserse Climeworks lanceerde recent in IJsland de grootste CO2-stofzuiger ter wereld. Het apparaat vangt broeikasgassen uit de lucht en slaat die permanent op als gesteente. Hoe werkt het en wat kunnen wij hier in Nederland van leren?

Verspreid de liefde

In mei 2024 zette het Zwitserse bedrijf Climeworks op IJsland een mijlpaal: de start van Orca, het grootste apparaat ter wereld dat gericht CO2 uit de lucht haalt en opslaat. Wat maakt deze technologie zo bijzonder? En waarom is deze ontwikkeling relevant voor ons in Nederland? Hier neem ik je mee door de belangrijkste punten, inzichten en wat we hiervan kunnen leren.

Hoe werkt deze CO2-stofzuiger eigenlijk?

Stel je een enorm luchtfilter voor, groter dan wat je in een gemiddelde Amsterdamse kantoortuin tegenkomt. Orca zuigt letterlijk buitenlucht aan, filtert het CO2 en transporteert het diep onder de IJslandse grond. Daar gebeurt iets fascinerends: dankzij natuurlijke processen reageert het CO2 met vulkanisch gesteente en verandert binnen twee jaar in een vaste steenlaag. Zo wordt het klimaatprobleem letterlijk begraven in basalt.

Wie zit erachter – en waarom juist IJsland?

Climeworks, bekend van eerdere innovatieve klimaatprojecten in Europa, bouwde Orca niet zomaar op het eiland van gletsjers. De installatie draait volledig op groene energie, geleverd door de geothermische centrale Hellisheiði. In IJsland is duurzame energie nauwelijks een uitdaging. Daarom kon Climeworks de CO2-vangst koppelen aan praktisch nul-uitstoot.

Wat betekent dit voor het grote plaatje?

Klimaatwetenschappers en de Europese Unie zijn duidelijk: alleen minder uitstoten is niet genoeg om de klimaatdoelen te halen. We moeten ook actief bestaande CO2 uit de lucht filteren. Hier komen de zogenaamde ‘Direct Air Capture’-systemen in beeld — en Orca is het grootste voorbeeld tot nu toe.

  • Duurzaam en schaalbaar: Orca gebruikt alleen duurzame stroom, zonder negatieve impact op het milieu.
  • Lange termijn-opslag: Het gevangen CO2 komt niet meer terug in de lucht, maar wordt als steen permanent vastgelegd.
  • Europese samenwerking: De technologie kan straks met partners, zoals TNO en ECN in Nederland, verder ontwikkeld worden.

Kansen (en beren op de weg)

Climeworks wil dit soort installaties snel uitbreiden. Maar eerlijk is eerlijk: de praktijk is weerbarstig. Financiële obstakels zijn groot. Op dit moment levert CO2-opslag geen direct financieel voordeel op voor bedrijven. De sector blijft afhankelijk van subsidies en overheidssteun, ook al groeit het bewustzijn van grote Nederlandse bedrijven zoals Shell en Tata Steel.

Wat zou dit voor Nederland kunnen betekenen?

  • Pionieren in de havens: In Rotterdam wordt al geëxperimenteerd met CO2-afvang en -opslag. Orca toont aan dat grootschalige uitrol niet langer toekomstmuziek is.
  • Nieuwe kansen voor innovatie: Denk aan jobmogelijkheden, samenwerking tussen Europese kennisinstellingen en verdere verduurzaming van onze industrie.
  • Bewustwording stimuleren: Nu de technologie bestaat, kan het publieke debat in Nederland voortvarend gevoerd worden. Willen wij als samenleving extra investeren in zulke oplossingen?

Mijn persoonlijke take: hoewel technologie geen wondermiddel is, kan zo’n doorbraak het verschil maken wanneer overheid, wetenschap én burger samen optrekken. De Orca-installatie laat zien dat diepe klimaatoplossingen haalbaar zijn — als er lef, samenwerking en geld op tafel komen.

Een stap richting echte klimaatoplossingen?

Orca is geen eenzame pionier: over de hele wereld schieten vergelijkbare projecten uit de grond. Maar zolang ze niet breed gefinancierd en ondersteund worden, blijft hun impact beperkt. Het is aan beleidsmakers — ook in Den Haag — om te zorgen dat zulke innovaties niet alleen pilots zijn, maar doorpakken richting impact op schaal.

Kortom: de klimaatcrisis wordt niet opgelost met één “stofzuiger”. Maar projecten als Orca laten zien dat technologische innovatie wél een sleutelrol kan spelen. Blijf deze ontwikkelingen volgen — en stel gerust die kritische vraag: wat kunnen we hier in Nederland leren van IJsland?