U kent het vast: grote energiebedrijven presenteren zich steeds vaker als kampioenen van duurzaamheid. Hun websites en social media-kanalen staan vol indrukwekkende verhalen over bomenplantacties, zonneparken en ‘groene intenties’. Maar hoe zit het nu werkelijk? Nieuwe onderzoeken laten een ander, minder rooskleurig beeld zien van de echte impact van deze bedrijven op ons milieu.
Energiebedrijven geven zich graag een groen imago, maar de werkelijkheid is dikwijls complexer – foto: Unsplash
De schaduwzijde van duurzaamheidscommunicatie
Recent onderzoek onder leiding van Goizeder Blanco van de Universiteit van Baskenland brengt pijnlijke feiten aan het licht. Het blijkt dat bijna de helft van de milieu- en biodiversiteitsschade die veroorzaakt wordt door energiebedrijven, simpelweg onbenoemd blijft in hun eigen rapportages. Slechts 23% van de incidenten wordt helder en transparant naar buiten gebracht. De rest wordt bewust verzwegen, gebagatelliseerd of zo gepresenteerd dat de negatieve effecten nauwelijks zichtbaar zijn voor het publiek.
Van biodiversiteit tot biobrandstof: wat gaat er mis?
Neem bijvoorbeeld het grootschalig kappen van tropisch regenwoud voor de aanleg van palmolieplantages, bedoeld voor de productie van ‘groene’ biobrandstoffen. In officiële duurzaamheidsrapporten van sommige bedrijven vindt u hierover nauwelijks iets terug, al kan men wél lezen dat er elders bomen zijn geplant voor het herstel van natuurgebieden. Zo wordt de aandacht handig afgeleid van de daadwerkelijke schade en lijken bedrijven groener dan ze zijn. Dit misleidt niet alleen consumenten, maar belemmert ook echte vooruitgang.
Wet- en regelgeving: veel ruimte voor eigen interpretatie
Ook in Nederland verplichten Europese richtlijnen grote bedrijven om te rapporteren over hun impact op milieu en biodiversiteit. Maar wat en hoe er precies wordt gerapporteerd, laten de regels vaak vaag. Dat laat veel ruimte voor subjectieve interpretatie en ‘greenwashing’. Blanco concludeert dat energiebedrijven misbruik maken van deze vaagheid om hun imago schoon te houden, terwijl hun werkelijke daden een heel ander verhaal vertellen.
Sommige schades zijn zichtbaar, andere verdwijnen in de mist
Wat naar buiten komt, verschilt per schadegeval. Zaken als massale vogelsterfte door hoogspanningslijnen of impact op lokale gemeenschappen worden doorgaans wel vermeld. Hierop kunnen bedrijven immers direct worden afgerekend met boetes of maatschappelijk ongenoegen. Maar subtielere problemen – denk aan het verstoren van vogeltrek door windmolenparken – blijven vaak onderbelicht of worden slechts algemeen benoemd, zelfs als de gevolgen aanzienlijk zijn.
Hoe onafhankelijk onderzoek het verschil maakt
De methodiek van ‘contracontability’, waarbij externe bronnen als sociale media en alternatieve nieuwsplatforms vergeleken worden met officiële bedrijfsrapporten, biedt een realistischer inkijk. Onderzoekers zien zo sneller waar verschillen zitten tussen wat bedrijven zeggen en wat er werkelijk gebeurt. Voor mij als Nederlander is het onmisbaar om ook regionale kanalen, zoals Follow the Money en NRC, erbij te houden om inzicht te krijgen in de praktijken van bedrijven als Eneco, Vattenfall en Shell Nederland.
Wat kunt u als consument doen?
- Wees kritisch op marketingbeloften. Check altijd onafhankelijke bronnen voordat u een duurzaam energiecontract afsluit.
- Maak gebruik van transparantieplatforms, zoals de Consumentenbond en Milieu Centraal, die groene claims controleren.
- Vraag bedrijven direct naar hun concrete acties, bijvoorbeeld via social media of e-mail. In Nederland wordt klanttevredenheid en openheid hoog gewaardeerd.
Het is 2025: transparantie en duurzaamheid zijn geen hype meer, maar een vereiste. Juist daarom vraagt het tijd en aandacht om echt door het ‘groene’ marketingvernis heen te kijken. Alleen dan weet u waarmee u het milieu en – uiteindelijk – uzelf dient.