Nieuw onderzoek: psychische stress tijdens de zwangerschap vergroot het risico op agressief en impulsief gedrag bij kinderen
Zwangerschap verandert niet alleen het lichaam op het eerste gezicht: er vinden ook tal van minder zichtbare processen plaats. Denk aan aanpassingen in het brein van de moeder, of zelfs veranderingen op celniveau bij de foetus – bijvoorbeeld onder invloed van luchtvervuiling. Maar wat ik als ouder in Nederland anno 2025 het meest opvallend vind? Stress bij de moeder heeft verreikende gevolgen voor het latere gedrag en welzijn van het kind.
Onderzoekers van de California State University hebben meer dan 55 internationale studies met ruim 45.000 deelnemers geanalyseerd. Hierin werd gekeken naar psychische stress tijdens de zwangerschap (stress, angst of depressie) en het gedrag van de kinderen, met name ‘externaliserende gedragingen’ zoals ADHD of agressie.
Wat betekent dit voor u als (toekomstige) ouder?
In het kort: hoe meer stress, angst of somberheid een vrouw tijdens haar zwangerschap ervaart, hoe groter de kans dat haar kind problemen krijgt op het gebied van aandacht, impulscontrole of agressie. Daarbij werden zowel jongens als meisjes onderzocht – het effect kwam bij beide groepen voor. Zelfs als er na de geboorte sprake was van stress of depressieve gevoelens bij de moeder, bleef de invloed van stress tijdens de zwangerschap aanwezig.
- Symptomen worden vaak het duidelijkst in de peuterleeftijd (2-5 jaar), maar kunnen aanhouden tot in de puberteit.
- De verbanden zijn statistisch weliswaar klein, maar wel consistent, wat het belang van mentale gezondheid rondom de zwangerschap onderstreept.
- Het maakt niet uit of het gezin in Rotterdam, Maastricht of Groningen woont: dit mechanisme is universeel aangetoond.
Waarom is stress bij zwangere vrouwen zo bepalend?
Een logische vraag. De verklaring zit hem deels in de hormonen die bij stress worden aangemaakt. Deze zogenaamde stresshormonen kunnen via de placenta het ongeboren kind bereiken en invloed uitoefenen op de ontwikkeling van de hersenen. Recente Nederlandse studies van het Amsterdam UMC bevestigen dat dit neurale ‘voorprogrammering’ door stress tot gedragsveranderingen kan leiden.
Niet alleen bij ’traditionele gezinnen’
Iets waar ik persoonlijk veel waarde aan hecht: de onderzoekers benadrukken dat eerdere studies vaak vooral ‘witte, hoger opgeleide, middenklasse gezinnen’ onder de loep namen. In Nederland zijn we gelukkig steeds meer bezig met diversiteit. Erkenning voor het feit dat stress door economische onzekerheid, racisme of beperkte toegang tot zorg extra zwaar kan drukken op zwangere vrouwen uit ondervertegenwoordigde groepen, is cruciaal voor betere publieke gezondheidszorg.
Wat kunt u concreet doen?
- Bespreek emoties en zorgen met uw verloskundige of huisarts, bijvoorbeeld bij het gezondheidscentrum van uw wijk in Utrecht of Den Haag.
- Maak gebruik van gratis of vergoedde coaching- en hulplijnen, zoals De Luisterlijn of Het CJG.
- Investeer – ook als partner – in rust, ontspanning en sociale steun; denk aan een mindfulness-cursus of samen wandelen in het Vondelpark.
- Vertrouw op lokale initiatieven: in steden als Almere en Tilburg zijn groepsbijeenkomsten voor zwangeren die ondersteuning zoeken bij stressmanagement in opkomst.
Tot slot: verdere studies moeten zich nu meer richten op culturele en sociale factoren zodat beleid en interventies daadwerkelijk eerlijk en effectief kunnen worden gemaakt voor élke aanstaande ouder in Nederland. Ook in 2025 blijft mentale gezondheid rond zwangerschap een onderwerp waar we aandacht aan moeten besteden – niet alleen voor moeders, maar voor het hele gezin.